Brief aan Kamp tegen oneerlijke handelspraktijken

Samen met Greenpeace, Oxfam Novib, Supermacht, Platform Aarde Boer Consument en de Nederlandse Akkerbouw Vakbond, heeft SOMO officieel gereageerd op de Kamerbrief m.b.t. de pilot Oneerlijke Handelspraktijken. Uit enquêtes onder leden van boerenvakbonden blijkt dat oneerlijke handelspraktijken nog steeds vaak voorkomen en structurele oorzaken hebben.

In elf Europese landen controleren hoogstens zeven grote supermarkten meer dan 70% van de voedselhandel in ieder van deze landen. Dit grote marktaandeel geeft hen een zeer sterke onderhandelingspositie die oneerlijke handelspraktijken mogelijk maakt. Oneerlijke handelspraktijken zijn te late betalingen, het niet nakomen van afspraken en bedingen van onredelijke kortingen. Dit heeft zijn weerslag o.a. op de arbeidsomstandigheden, ook in ontwikkelingslanden.

De Europese Commissie erkent het probleem en geeft aan dat de meest effectieve aanpak een combinatie van vrijwillige en bindende maatregelen op nationaal niveau is. In 2012 kwam er een vrijwillig en educatief initiatief van de Europese voedselindustrie, het zogenaamde Supply Chain Initiative (SCI). Nederland sloot zich twee jaar gelden bij deze vorm van zelfregulering aan. Het kabinet besluit om deze aanpak voort te zetten.

SOMO, samen met de andere ondertekenaars van de brief aan minister Kamp, pleiten voor een effectief en bindend mechanisme; uit onderzoek blijkt dat een vrijwillig systeem niet toereikend is.