Direct naar inhoud
Morkeman / iStockphoto

Amerikaans gasbedrijf in verband gebracht met mensenrechtenschendingen in Palestina

Geplaatst in categorie:
Nieuws
Gepubliceerd op:

Belangrijkste bevindingen:

Gaswinning in onrustige wateren

SOMO’s onderzoek richt zich op Noble Energy’s offshore exploratie, gaswinning en gasleveringen in het oostelijk Middellandse zeegebied. Het bestudeert de relatie tussen Noble Energy’s activiteiten ter plaatse en de (mogelijke) impact op mensenrechten. Het onderzoek bekijkt ook of het bedrijf zich in dit opzicht aan internationale wetgeving en standaarden houdt.

Plundert Noble Energy Palestijns gas?

Door aardgas uit het Noa gasveld  te winnen (dat grenst aan een Palestijns gasveld), onttrok Noble Energy mogelijk Palestijns gas. Dit kan duiden op plundering, wat een internationaal misdrijf zou inhouden. Bovendien is er zonder toestemming van de Palestijnse Autoriteit in dit grensgebied geboord: een schending van internationale wetgeving.

Verwoestende impact op de Palestijnse visserijsector

Palestijnse vissers staan met lege handen

Israël heeft net buiten de Gazastrook een zeeblokkade ingesteld, die ervoor zorgt dat Palestijnen geen toegang hebben tot hun gasvelden en een groot deel van hun viswateren. Binnen deze context dwingt de Israëlische marine uitgebreide no-go areas af rondom de activiteiten van Noble Energy. Regelmatig openen ze het vuur en arresteren vissers onrechtmatig. De voortdurende ontzegging van toegang tot de gasvelden en viswateren schendt het recht op zelfbeschikking van de Palestijnen. Ook heeft het nadelige gevolgen voor het levensonderhoud van Palestijnse vissers, wiens boten en uitrusting voortdurend in beslag worden genomen door de Israëlische marine.

Een Palestijnse visser (anoniem): “Het toegestane visgebied hangt af van de stemming van Israëlische soldaten die systematisch het vuur op ons en onze vissersboten openen. Dit leidt tot beschadigingen die heel moeilijk te repareren zijn.”

Elektriciteitslevering aan nederzettingen

Noble Energy verkoopt gas aan het Israëlische elektriciteitsstaatsbedrijf (IEC) dat hiermee elektriciteit opwerkt. In Israël wordt ongeveer 90% van het geproduceerde gas door IEC gebruikt om elektriciteit op te wekken. Een deel van deze elektriciteit wordt geleverd aan illegale Israëlische nederzettingen in de Palestijnse Westelijke Jordaanoever. De vestiging en het onderhoud van deze nederzettingen gaat gepaard met handelingen die onder het internationaal recht worden beschouwd als oorlogsmisdaden, waaronder: verplaatsing van de Palestijnse burgerbevolking, het overbrengen van Israëlische burgers naar bezet gebied en het vernietigen en toe-eigenen van Palestijns bezit. Doordat Noble Energy gas aan IEC verkoopt, zijn zij rechtstreeks verbonden met deze oorlogsmisdaden.

Geschil tussen Israël en Libanon

In 2001 verklaarde Israël eenzijdig haar Exclusieve Economische Zone (EEZ), die voor 850 vierkante kilometer overlapt met de EEZ die Libanon eerder bij de Verenigde Naties had aangevraagd. Noble Energy en partners hebben jarenlang een door Israël afgegeven licentie voor gasblok Alon D in bezit gehad. Dit gasblok ligt gedeeltelijk in betwist zeegebied. Ze liepen hierbij het risico de bestaande spanningen tussen de twee landen, die officieel nog in oorlog zijn, te verergeren. Bovendien voerde Noble Energy verkennende boringen uit in de buurt van het betwiste gebied. Dit leidde tot verder wantrouwen en spanningen tussen de twee landen.

Nederlandse partijen betrokken

Ook Nederlandse partijen zijn betrokken. De Nederlandse overheid stimuleert samenwerking tussen Nederlandse en Israëlische bedrijven in de gassector zonder daarbij voldoende oog te hebben voor de risico’s van betrokkenheid bij mensenrechtenschendingen. Binnen deze context van toenemende samenwerking tussen Nederlandse en Israëlische overheden in de gassector, heeft IEC de afgelopen jaren onder andere samengewerkt het Nederlandse Kiwa Technology.

SOMO-onderzoeker Lydia de Leeuw: “Noble Energy heeft duidelijk geen rekening gehouden met de context van haar operaties: een illegale zeeblokkade, nederzettingen, en een conflict over zeegrenzen. Het bedrijf is hierdoor direct verbonden aan(mogelijke) mensenrechtenschendingen en oorlogsmisdaden. Verder zou de Nederlandse overheid eerst onderzoek moeten doen naar mogelijke mensenrechtenimpacts voordat ze Nederlandse bedrijven aanmoedigt om zaken te doen binnen de Israëlische gassector.”

Meer informatie nodig?

Geplaatst in categorie:
Nieuws
Gepubliceerd op:

Gerelateerde content

Op de hoogte blijven?

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en blijf op de hoogte van nieuw onderzoek naar de macht van bedrijven.