Direct naar inhoud

Lokale gemeenschappen worden genegeerd door mijnbouw- en elektronicabedrijven

Geplaatst in categorie:
Nieuws
Gepubliceerd op:

Aan de vooravond van de dag van de Rechten van de Mens op 10 december, publiceert makeITfair het rapport ‘Unheard Voices’. Mijnbouwbedrijven die kobalt en koper uit de grond halen in de Democratische Republiek Congo (DRC) raadplegen nauwelijks de lokale gemeenschappen ter plaatse. Veel families moeten verhuizen zonder dat er adequate vergoedingen tegenover staan, en het leefmilieu wordt onherstelbaar verwoest. Kobalt en koper zijn mineralen die onder anderen gebruikt worden voor het produceren van mobiele telefoons en computers.

“Van elektronica bedrijven wordt verwacht dat zij de mensenrechten in hun productieketen respecteren. Deze bedrijven horen er voor te zorgen dat de metalen die voor hun productie gebruikt worden niet gedolven zijn door mijnbouwbedrijven die geen oog hebben voor mensenrechten en milieu”, aldus Esther de Haan van SOMO (Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen), de coördinator van de Europese makeITfair campagne

‘Unheard Voices’ richt de aandacht op de ongelijkheid tussen mijnbouwbedrijven en lokale gemeenschappen. Het bedrijf Tenke Fungurume Mining, een Zweedse-Congolese joint-venture, verplaatste honderden families waarvoor de vervangende woningen nog niet waren gebouwd. De gezinnen brachten tot twee jaar van hun leven door in de open lucht of in tenten, in afwachting van hun woningen. Het Congolese bedrijf South Katanga Mining Company vernietigde 500 huizen in een kamp met als reden dat deze bewoond waren door illegale mijnwerkers. Duizenden slachtoffers, waaronder veel kinderen, verloren hun huis en raakten voor lange tijd dakloos.

De compensatie die bedrijven aan de inwoners gaven voor de verloren huizen en land was inadequaat; in veel gevallen was landbouwgrond vernietigd en was de compensatie ontoereikend om huizen te herbouwen en nieuw land te bekostigen. Vervuild water werd in rivieren gedumpt met milieuvervuiling en dode vissen tot gevolg. Hierdoor werden de gemeenschappen afhankelijk gemaakt van alternatieve waterbronnen die niet altijd goed functioneren. Boss Mining bijvoorbeeld, voor 80 procenteigendom van het Afrikaanse CAMEC, zorgde voor watertanks, maar deze werden vaak niet gevuld.

Emmanuel Umpula Nkumba, Directeur van de Congolese mensenrechten organisatie ACIDH: “Compensatie moet niet alleen betrekking hebben op de kosten van het land en de huizen, maar ook op de gedwongen verplaatsingen, verloren inkomsten en het moeten verlaten van je land en je gemeenschap. Maar één bedrijf heeft daadwerkelijk de lokale gemeenschappen geraadpleegd en van de vijf onderzochte bedrijven heeft geen enkele genoeg moeite gedaan om de gemeenschappen goed te informeren en hun instemming gevraagd over de zaken die hun land, familie en gemeenschap aangaan. Het is belangrijk dat bedrijven het recht op Free, Prior and Informed Consent gaan toepassen.”

makeITfair wijst elektronica bedrijven op hun verantwoordelijkheid ten aanzien van de gehele productieketen, inclusief het mijnen van de gebruikte grondstoffen. Bedrijven hebben al laten zien zowel bereid als in staat te zijn om bepaalde problemen rond de mijnbouw fase op te pakken. Recentelijk hebben elektronica bedrijven stappen gezet om met oplossingen te komen voor metalen die gedolven worden in het door burgeroorlog geteisterde oost Congo. Maar het is belangrijk dat bedrijven ook verder kijken en zich gaan richten op andere problemen in de productieketen ten aanzien van mijnbouw, en er voor zorgen dat gemeenschappen in mijnbouwgebieden wel degelijk gehoord en betrokken gaan worden.

Geplaatst in categorie:
Nieuws
Gepubliceerd op:

Related news

Op de hoogte blijven?

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en blijf op de hoogte van nieuw onderzoek naar de macht van bedrijven.